woensdag 14 februari 2018

1.1 Naar Holland !

Eenheden van 2017.ID en SSDF op weg naar Utrecht, verm. 14.5
Bron: www.grebbeberg.nl (coll. j.f.d. bruinsma)
Vroeg in de ochtend van 10 mei 1940 begon het Duitse leger aan wat nu de "Westfeldzug" (veldtocht in het westen) genoemd wordt. Vooral de inzet op grote schaal van pantsers, Stukas, en parachutisten was nieuw. De snelle terreinwinst die daarmee op beslissende punten werd geboekt maakte grote indruk. Dat beeld bleef hangen. Dit offensief kreeg en hield daarom, gelet op de feiten niet helemaal terecht, het label "Blitzkrieg" (bliksemsnelle oorlog).

Aan de oostgrens van ons land stond het 18e Leger (18.Armee) gereed. Meer dan zeven divisies aan gevechtstroepen, nog ongerekend reserves en tijdelijk ingedeelde eenheden. Zij werden ondersteund door het grootste deel van de luchtvloot. Die bracht nog ongeveer twee divisies aan parachutisten en luchtlandingstroepen, met alles wat daarbij hoort, naar sleutelposities. Dat waren vooral de bruggen op de route Moerdijk - Rotterdam, en de vliegvelden bij Rotterdam en Den Haag.

In het aanvalsgebied noord van de grote rivieren werden door 18.Armee vier divisies ingezet. Zij kregen de opdracht:

".. [zich] zo mogelijk in één ruk doorstotend, in het bezit van Holland ter weerszijden van de [grote] rivieren [te] stellen."

Dat was, blijkt uit de feiten en foto's die nu beschikbaar zijn, veel gemakkelijker gezegd dan gedaan. Laten we maar eens inzoomen naar wat er met één -versterkte- divisie op weg naar Utrecht gebeurde. Het gaat dan om de 207e Infanteriedivisie (207.ID), waarbij het SS-regiment "Der Führer" (SSDF) als breekijzer moest fungeren. Volgens de toen geldende Duitse doctrine:

"Zie een doorbraak te forceren, en stoot dan meteen in rechte lijn door naar het opgegeven doel, zonder je daarbij om bescherming van de flanken te bekommeren. Dat is de taak van de nakomende hoofdmacht en reserves".

We kunnen nu, doordat nieuw materiaal beschikbaar gekomen is en de emoties rond de strijd wat verder weg van ons liggen, objectiever nagaan hoe 207.ID en SSDF hun opdracht uitvoerden.

In deze publicatie gaat de aandacht vooral naar de vraag hoe de Duitse troepen de gevechtsdagen zelf beleefden. Daarbinnen nog naar het waar, wanneer, en hoe de artillerie bij hen werd benut. Daarover was tot nu toe bijna niets bekend. Van effectieve ondersteuning door al het beschikbare geschut hing juist in dit gevechtsgebied veel af. Want pas op de vierde gevechtsdag werden er Stukas ingezet, maar echte pantsers (tanks), parachutisten, of luchtlandingstroepen, niet.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten